Oudere lcd-televisies (veelal gemaakt voor 2010) maken geen gebruik van leds als achtergrondverlichting, maar van een soort kleine tl-buisjes (CCFL - cold-cathode fluorescent lamp). Deze nemen meer plek in, waardoor de tv’s een stuk dikker zijn.

Een lcd-tv heeft niet per se een goede beeldkwaliteit: er zijn goede én slechte lcd-tv’s.

LCD staat voor Liquid Crystal Display. Het scherm van een LCD televisie bestaat uit 2 glasplaten met vloeibare kristallen ertussen. De kristallen reageren op elektronische golven, namelijk licht en de intensiteit van dat licht. In tegenstelling tot gewone televisiebeeldbuizen heeft een LCD scherm achtergrondverlichting nodig om het beeld te tonen. Dat omgevingslicht is afkomstig van een lichtbron achter het LCD scherm. Voor elke pixel die de LCD televisie heeft, zijn er 3 vloeibare kristallen. Afhankelijk van de elektrische spanning die door de LCD televisie heen loopt, blokkeren de kristallen het licht of laten het juist door. Op deze manier wordt het beeld op de LCD televisie gevormd. Het kost de LCD televisie veel moeite om deze kristallen aan te sturen, vandaar dat er, tijdens bijvoorbeeld het zappen, beeldvertraging ontstaat.

• LCD televisies hebben weinig last van lichtweerkaatsing, dus zeer geschikt voor televisie kijken in een felverlichte ruimte of bij zonlicht
• LCD televisies hebben een lager energieverbruik dan de plasma televisies
• LCD televisies zijn goedkoper dan plasma televisies
• LCD televisies zijn er in allerlei formaten, van 15 tot 70 inch
• Er zijn LCD televisies met internetmogelijkheden of andere aansluitmogelijkheden